22 oktober 2022
De LED-technologie kent vele toepassingen : je vindt het terug in verlichting thuis, op het werk, en in publieke ruimtes, maar ook in beeldschermen van tv’s, pc’s, tablets, smartphones, tot zelfs in bepaalde koplichten en projectoren. De technologie biedt voordelen, maar is ook niet helemaal zonder risico.
In vergelijking met andere types verlichting biedt LED-verlichting enkele voordelen :
Er zijn echter ook risico’s verbonden aan LED-verlichting :
LED-verlichting maakt gebruik van blauw licht. Het Franse wetenschappelijk instituut ANSES vond een verband tussen frequente blootstelling aan blauw licht en netvliesschade. Dit is wel vooral het geval bij een zeer hoge lichtsterkte : bij het gebruik van LED met lagere lichtsterkte, zoals het geval is bij achtergrondverlichting of op computer- tablet- of smartphoneschermen zijn de effecten gering.
Niettemin wijst een studie van Inserm uit dat het netvlies van ratten die langdurig werden blootgesteld aan blauw licht van een lage lichtsterkte er óók enige beschadiging optreedt. Terwijl dat niet zo was bij andere soorten kunstlicht van dezelfde sterkte !
Personen met bepaalde oogafwijkingen zouden gevoeliger kunnen zijn voor blauw licht : dit geldt voor personen lijdend onder aphakia, pseudophakia, leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Ook personen die fotosensibiliserende middelen consumeren (bepaalde medicatie, cosmetica) zouden kunnen gevoeliger zijn. Verdere studie moet hier echter nog uitsluitsel over geven.
Om de ooggerelateerde veiligheid van lampen na te gaan, doet men een beroep op de norm NBN 62741 “Fotobiologische veiligheid van lampen en lampsystemen”. Deze norm definieert vier risicogroepen met betrekking tot de blootstelling van het oog aan licht.
GR0
GR1
GR2
GR3
Risicogroep 0
Risicogroep 1 (laag)
Risicogroep 2 (matig)
Risicogroep 3 (hoog)
Geen risico
Max. blootstelling 3 uur
Max. blootstelling 100 seconden
Max. blootstelling 0.25 seconden
Bij verlichting van risicogroep 2 en 3 kunnen de ogen schade oplopen, voornamelijk bij rechtstreekse blootstelling, wanneer men de maximale blootstellingstijd overschrijdt. Bij verlichting van risicogroep 3 moet men eerder denken aan de verlichting bij spektakelshows e.d.
Bij algemene verlichtingssystemen die onder risicogroep 0 en 1 vallen, wordt er geacht geen risico te zijn voor de ogen : er is geen rechtstreekse blootstelling gezien de armaturen uitgerust zijn met diffusers of dwarslamellen.
Bij lampen en verlichtingsarmaturen die een matig of groot risico inhouden moet dit aangegeven worden via de CE-markering.
ANSES wijst ook op het risico op verblinding en flikkering die het werkcomfort kunnen verslechteren en gemakkelijker tot ongevallen kan leiden. Dit risico ligt bij LED-verlichting een stuk hoger, in vergelijking met andere types verlichting, omdat de lichtsterkte in vergelijking met andere gangbare types verlichting sterker is.